Over bijen en vliegen; wijzen en eenvoudigen van geest - Thijs Homan
‘In een fles zitten 6 bijen en 6 vliegen. De fles ligt horizontaal met de bodem naar het raam. Je zult zien dat de bijen consequent blijven proberen de fles te verlaten via het glas van de bodem. Ze gaan hier net zo lang mee door totdat ze omkomen van honger en uitputting. De vliegen, daarentegen, zijn allemaal binnen twee minuten door de flessenhals aan de andere kant van de fles verdwenen.De voorliefde van de bijen voor licht en hun relatief grote intelligentie doet de bijen uiteindelijk de das om. Zij blijven ervan uitgaan dat de uitgang van elke gevangenis te vinden is bij die plek waar het licht het sterkste is. Ze gedragen zich consequent conform hun denkbeelden. Glas is voor de bijen een mysterie dat ze nog nooit in de natuur zijn tegengekomen. Ze hebben nog nooit te maken gehad met de atmosfeer die opeens ondoordringbaar is geworden. En, afgaand op hun bestaande ervaring en kennis, wordt het raadsel van dit onneembare obstakel alleen maar groter en groter.
De vliegen, met hun minimale hersentjes, trekken zich juist helemaal niets aan van het enigma van het kristalachtige glas. Ze negeren de aantrekkingskracht van het licht en fladderen gewoon maar wat heen en weer. En juist hun – de eenvoudigen van geest – valt het geluk toe dat door de wijzen zo naarstig gezocht, maar niet gevonden wordt. Per toeval – maar wel snel – ontdekken de vliegen de opening van de fles. Ze vliegen naar buiten, hun oorspronkelijke vrijheid tegemoet.’
![]()